Zorg op Jonglaren

Vanuit de gedachte van passend onderwijs stemmen wij ons lesaanbod af op de verschillen tussen kinderen en individuele behoeften. We kijken daarbij vooral naar wat een kind wel kan in plaats van wat niet goed gaat. We dagen ieder kind uit het beste uit zichzelf te halen. 

Planmatig zorg bieden
Wij gebruiken hiervoor als school een kalender leerlingenzorg, hierin staan vaste toets- en overlegmomenten die ons helpen de ontwikkeling van onze leerlingen in kaart te brengen.

Zo zijn er vaste toetsmomenten, vaste momenten voor groeps- en leerlingbesprekingen, 10-minutengesprekken en spreekuren waarop we de ouders op de hoogte houden van de ontwikkeling van hun kind. Wanneer er acute hulp of begeleiding nodig is omdat ouders dit aangeven of omdat de leerkracht dit signaleert, is dat altijd mogelijk.

Er zijn veel verschillende manieren om de ontwikkeling van een kind te volgen. Dit doen wij:

  • In het dagelijks contact;
  • Door middel van (dagelijkse) observaties;
  • Toetsresultaten.

Na elke methodetoets van rekenen, taal, begrijpend lezen en spelling worden de resultaten door de leerkracht geanalyseerd. Het groepsoverzicht van deze toetsresultaten wordt uitgedraaid en op dit overzicht maakt de leerkracht een analyse; welke onderdelen vielen uit en moeten nog extra ingeoefend worden en hoe gaat dit gebeuren.

Het is vervolgens de taak van de leerkracht om de instructie en begeleiding van het onderwijsaanbod af te stemmen op de behoeften van de kinderen, de IB-er en de onderwijsassistent ondersteunen daarbij. De IB-er en de directie hebben regelmatig overleg over de afstemming tussen onderwijs en onderwijsondersteuning. Dat vraagt om planmatig handelen: dit noemen wij de cyclus van handelingsgericht werken.
Daarom wordt alles weggezet in de zorgzuil in de groepsmap. Aan het einde van elke dag wordt teruggekeken naar de dagplanning en wordt de uitvoering van de geboden hulp aan leerlingen bijgehouden in een zorgzuil. Hierin staat kort beschreven welke hulp er geboden is, hoe dit is gegaan en waar de komende tijd nog extra aandacht aan moet worden besteed.

Het leerlingvolgsysteem (IEP)
Om de ontwikkeling van de leerlingen goed te kunnen volgen werken we naast de toetsen die bij de methode horen met het leerlingvolgsysteem van Iep. Het meten van vorderingen op leergebied biedt ons de kans om vroegtijdig leerproblemen te signaleren.

Vanaf groep 3 worden de leerlingen getoetst in februari en juni op de gebieden rekenen, spelling, woordenschat, technisch lezen en begrijpend lezen.

In juli en in februari worden alle gegevens verzameld en wordt de onderwijsbehoefte van iedere leerling bekeken en besproken met de intern begeleider. Soms merken we dat er kinderen zijn die meer ondersteuning of begeleiding nodig hebben. Dit kan eventueel met behulp van onze onderwijsassistent.

Voor leerlingen die meer aan kunnen, bieden we extra uitdagend materiaal.

Daarom kennen wij binnen onze school het volgende onderwijsaanbod:

  • een basisarrangement (deze leerlingen krijgen de ‘standaard’ instructie)
  • een intensief arrangement (voor de leerlingen die zwakker presteren. Deze leerlingen krijgen verlengde instructie met daarbij begeleide inoefening en/of herhalingsstof)
  • een verdiept arrangement (voor de leerlingen die boven gemiddeld presteren. Deze leerlingen krijgen een verkorte instructie met daarbij verrijkingsstof of levelwerk).

In november en april worden de groepsplannen eventueel bijgesteld aan de hand van een tussentijdse evaluatie. Er wordt bekeken of de ingezette hulp zijn vruchten heeft afgeworpen of dat er eventuele aanpassingen moeten worden gedaan.

Zorg op sociaal-emotioneel gebied
Wanneer we willen dat een kind zich optimaal ontwikkelt, is het belangrijk dat de leerling goed in zijn/haar vel zit en het pedagogisch klimaat goed is. Ook hiervoor gebruiken wij een meetinstrument; KANVAS. KANVAS hoort bij onze Kanjertraining, het is een sociaal-emotionele methode, waar elke klas wekelijks mee werkt.

de Kanjertraining
Voor vertrouwen, veiligheid, rust en wederzijds respect.

Kanjertraining gaat over het bevorderen van onderling vertrouwen in groepen. Vertrouwen is de basis voor het creëren van rust in de klas, het stimuleren van sociale veiligheid en een prettig schoolklimaat.

Na het afnemen van de docentenvragenlijst, de leerlingenvragenlijst (v.a. groep 4) en een sociogram in november, vinden er groepsbesprekingen plaats. In maart herhalen we dit.
Hierbij is de focus het welbevinden van de individuele leerling indien nodig, te verbeteren, en actief betrokken te zijn bij het klassenklimaat. Ook nemen we elk jaar de veiligheidslijsten af.

Kwaliteitscoördinator (voorheen intern begeleider)
De leerlingenzorg wordt binnen de school gecoördineerd door de kwaliteitscoördinator. Naar aanleiding van de toetsresultaten voert zij minimaal drie keer in het jaar besprekingen met de leerkrachten over de leerlingen waarover zorg bestaat. Doel is het in kaart brengen van de problematiek van individuele leerlingen en het bespreken van de gewenste stappen. Dit kan betekenen dat de leerkracht de leerling in een verdiept arrangement plaatst, de intern begeleider de leerling breder gaat bekijken of dat er een externe deskundige een leerling gaat observeren en/of onderzoeken om een beter beeld te krijgen van de oorzaak van de problematiek.

De kwaliteitscoördinator is op de hoogte van de extra zorg die bepaalde leerlingen krijgen en begeleidt waar nodig de leerkrachten.
Ook onderhoudt de intern begeleider contacten met alle instanties die betrokken zijn bij de zorg van onze leerlingen en koppelt dit regelmatig terug naar de leerkracht en de betrokken ouders.